David Bowie

David Bowie’s Fantastic Voyage

My brain hurts like a warehouse, it has no room to spare
I had to cram so many things to store everything in there
(Five Years, David Bowie)


Where the fuck did Monday go? Blue Monday is dit jaar een week te vroeg gekomen. Blue, Blue, Electric Blue, That’ s the color of my room where I will live. Buiten is het druilerig grijs. Vintage 1947 Brixton. Niemand verkoos rode schoenen te dragen vandaag. Niemand haast zich om op tijd in de kerk te zijn. Het is eigenlijk een gewone dag. Of is het een façade? Te bedenken dat op hetzelfde moment over de hele wereld kinderen kamelenpoep smeren over muren. Dezelfde muren waartegen steeds weer dezelfde auto’s botsen.  De ondoordringbare muren van een krankzinnigengesticht opgetrokken uit glas. Waar vlooien, zo groot als ratten, zich te goed doen aan dode ratten, zo groot als katten. Hunger City opent vandaag de poorten. Al is het maar voor een dag. Geloof me, Hunger City bestaat echt. Je moet het alleen weten te vinden. Zet je TomTom (Ground Control to Major Tom) aan als je bent aangekomen in de periferie van Suffragette City.

David Bowie is dood. Zijn bijl heeft het ijs eindelijk verbrijzeld. Hij was mijn onaanraakbare kamergenoot voor wat een eeuwigheid leek. Never a dull moment wanneer hij er was. Hij ging wel een beetje te ver toen hij zijn eigen urine stalde in onze koelkast. Maar goed, dat is nu allemaal water onder de brug. Dat krijg je als je Britse excentriciteit in huis haalt.
Hij was heel goed in het vertellen van de meest fantastische bizarre verhalen. Soms ontroerend. Soms macaber. Vaak onsamenhangend. Dat deed hij volgens mij met opzet. Ook vaak cryptisch. En geestig, kinderlijk soms, maar vooral memorabel, en geniaal. Someone like you shouldn’t be allowed to start any fires. Zulke dingen zei hij dan. Alleen HIJ kon zoiets bedenken. Ik weet niet waarom, maar ik vond het heel geestig als hij met zoiets – out of the blue- op de proppen kwam.

David Bowie en Nicolas Roeg

Trachten de Bowie-code te kraken is een recept voor waanzin. Zijn universum is gekmakend fragmentarisch. Het is beter te ervaren, dan te weten. Knowledge comes with death’s release. Het is de kunst niet te diep te zinken in het drijfzand van vicieuze gedachten. Dat was waar Bowie voor vreesde. Gekte of de angst krankzinnig te worden is een constante in zijn discours. Arnon Grunberg raakt een snaar als in hij zijn Voetnoot over Bowie uitkomt bij de angst voor controleverlies, het hield Bowie lange tijd gevangen. No control / I can’t believe I have no control / It’s all deranged!
Het gekke was dat Bowie aan de andere kant juist opleefde als hij de controle liet varen. Voor hem was de non-methode de beste methode. Vakbroeder en vriend Brian Eno zei dit over het wezen van kunst: In art you can crash a plane, and walk away from it.  Bowie is schuldig aan een aantal schitterende ongelukken vanuit deze zienswijze. Neem bijvoorbeeld de verbijsterend mooie ontregelende pianosolo van Mike Garson halverwege het titelnummer van Aladdin Sane.  Bowie gaf Garson de vrije hand. Maak het destructief. Het zijn dergelijke artistieke keuzes die de hand van een meester doen verraden.

David Bowie was een moedige Apollo. Nimmer de derde man van rechts. Bowie was een meesterdief. Hij was niet mainstream. Een buitenstaander. Een onderschatte saxofonist. David Bowie was buitenaards mooi. Hij had een mooi slecht gebit. Hij had bijzondere ogen. Hij had The Look. Hij was het toonbeeld van ‘Cool’. Hij heeft veel gerookt. Gitanes was zijn merk. En dan was er nog de Angel Dust. Bowie had vliegangst. Hield niet van thee. David Bowie was verlegen. Hij las graag en veel. Hij had goede smaak. Hij was lyrisch over Scott Walker en Little Richard. Hij bracht intellect in de heidense wereld van de Rock ‘n Roll. Hij was de 20e én de 21e eeuw. Hij verzon taal. Wat hij ook droeg, hij zag er altijd gorgeous uit. Hij hielp zijn vriend Iggy Pop er weer bovenop. Hij was een goed acteur. En een getalenteerde leugenaar. Intuïtie was zijn tweede natuur. Hij was linkshandig. En een ambidexter. Hij was een fabricatie. Hij was fascinerend. Hij was vreemd. Hij was ontwapenend. Hij was afstandelijk. Charmant en altijd een gentleman. Hij was David Bowie. En nu is hij een Blackstar.

ZANE ZANE ZANE, OUVRE LE CHIEN

Bye, bye, I love you David

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *